
Wie wel eens in de schemering langs de rand van het bos wandelt, heeft misschien het geluk gehad en een glimp van een das opgevangen: een schim in zwart-witte camouflage, laag bij de grond, wegschietend tussen de struiken. Het blijft bijzonder fascinerend.
De das toont zich zelden, maar leeft dichter bij ons dan we denken. Aan de rand van akkers, in duinranden, tussen woonwijken en op bouwlocaties. Een schaduw die zich beweegt tussen natuur en mensenwerk. En juist in die tussenruimte ligt een belangrijk verhaal dat we vaker zouden moeten vertellen.
Een thuis van zand, wortels en generaties
Dassen houden van droge, zanderige grond in een rustige, bosrijke omgeving, vaak met een open veld of weide in de buurt om te foerageren. De burcht van een das is geen simpel hol, maar een ondergronds stelsel dat zich in de loop der jaren ontvouwt tot een heuse infrastructuur van gangen, kamers en vluchtwegen. Sommige burchten bestaan al decennialang, zorgvuldig onderhouden en bewoond door generaties van dassenfamilies. En dat doen ze met opmerkelijke discipline.
Dassen slepen oud nestmateriaal naar buiten, houden ‘toiletten’ op afstand van hun slaapvertrekken en gebruiken vaste routes door het landschap. Hun gedrag is hygiënisch, sociaal en afgestemd op samenwerking. Dat is behoorlijk uniek in de dierenwereld.
Hoe herken je of er dassen leven op een locatie?
Als ecologisch adviesbureau onderzoeken we zorgvuldig of dassen aanwezig zijn voordat een project van start kan gaan.
“We beginnen met zoeken naar sporen,” legt een ecoloog uit. “Denk aan burchten, wissels (vaste looproutes), pootafdrukken, foerageersporen, latrines of zelfs haren aan prikkeldraad. Als we sporen vinden, zetten we wildcamera’s uit om te zien of dassen het gebied daadwerkelijk gebruiken en hoe vaak. Zo kunnen we inschatten wat de functie van het gebied is voor de das, en bepalen of een ontwikkeling compenserende maatregelen vereist.”
Het is dus geen giswerk, maar een zorgvuldige, stap-voor-stap aanpak die uiteindelijk ook terugkomt in vergunningsaanvragen, vaak met aparte landschapsplannen speciaal voor de das.
Jonge dassen geboren in de winter
Dassen zijn vroege vogels als het om voortplanting gaat. De jongen worden meestal geboren tussen januari en maart. Hoewel de paring al veel eerder kan plaatsvinden, is er sprake van vertraagde innesteling: het bevruchte eitje nestelt zich pas later in, waardoor de geboorte goed getimed is op een periode met genoeg voedsel in het voorjaar.
Een nest bestaat meestal uit twee tot vier jongen, die blind en hulpeloos ter wereld komen. Pas na zes tot acht weken komen ze voorzichtig naar buiten, altijd onder toeziend oog van moederdas en andere volwassen dieren in de burcht.
Dassen leven in een familie
Dassen zijn geen solitair levende dieren. Ze leven vaak in familiegroepen, of ‘clans’, van gemiddeld 4 tot 8 dieren, hoewel dit per regio en beschikbare ruimte sterk kan variëren.
“Binnen zo’n groep vind je meestal een dominant koppel dat voor de jongen zorgt,” legt onze expert uit. “Andere groepsleden helpen met verzorgen en verdedigen. Ze gebruiken gezamenlijke latrines om hun territorium te markeren en verzorgen elkaars vacht. Het zijn verrassend sociale dieren.”
Wanneer wordt een dassenburcht een knelpunt bij een bouwproject?
De aanwezigheid van dassen hoeft een ontwikkeling niet altijd in de weg te staan. Maar soms wel.
Een burcht wordt pas echt een knelpunt als de plannen het leefgebied in stukken dreigen te hakken — bijvoorbeeld door een nieuwe weg — of als essentieel foerageergebied verdwijnt door woningbouw. Ook in de directe omgeving van de burcht mogen geen graafwerkzaamheden plaatsvinden, om instorting en verstoring te voorkomen.
Dat maakt zorgvuldig ontwerp en planning belangrijk, waarbij natuur en ontwikkeling op elkaar worden afgestemd.
Samenwerken met de Dassenwerkgroep Brabant
BNL advies vormt de schakel tussen de initiatiefnemer en de dassenbelangen. Samen zoeken ze naar oplossingen waarmee de burcht of het essentiële leefgebied behouden blijft.
Een goed voorbeeld is een woonwijk in ontwikkeling die deels in het foerageergebied van een dassenclan lag.
“We hebben samen met de gemeente en de Dassenwerkgroep Brabant een plan gemaakt om dat leefgebied elders binnen het territorium te compenseren. Die nieuwe gebieden worden speciaal ingericht en beschermd voor de das. Zo ondervindt de clan zo min mogelijk hinder van de nieuwe wijk.”
Dat plan is inmiddels ter toetsing aangeboden bij de Provincie Noord-Brabant. Het laat zien hoe natuurbelangen en ruimtelijke ontwikkeling prima samen kunnen gaan, als je het zorgvuldig regelt.
Wat mensen vaak niet weten over de das
De das blijft een mysterieus dier voor veel mensen, juist omdat je hem zelden ziet.
“Toch tonen onze camerabeelden dat dassen vaak heel dicht bij mensen komen. We vinden hun sporen soms op maar enkele meters van woningen. Ze zijn veel opportunistischer en minder schuw dan mensen denken. Maar ze zijn ook slim genoeg om overdag onzichtbaar te blijven.”
De das verdient zijn plek
Hoewel je ze zelden ziet, zijn dassen waardevolle bewoners van het Nederlandse landschap. Ze houden de bodem in beweging, dragen bij aan het ecosysteem en tonen ons hoe complex en sociaal het leven van een ‘simpel’ zoogdier kan zijn.
Dus de volgende keer dat je op pad bent in het bos, kijk eens goed naar de grond. Die ogenschijnlijk gewone heuvel met een paar gaten? Dat zou zomaar de toegang kunnen zijn tot het geheime koninkrijk van de das.